Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zo sprak dan Jonathan goed van David tot zijn vader Saul; en hij zeide tot hem: De koning [4]zondige niet tegen zijn knecht David, omdat hij tegen u niet gezondigd heeft, en omdat zijn daden voor u zeer goed zijn. 4. Te weten hem ongelijk doende, en hem dus dodelijk vervolgende.